Sarkantyús verbunk is van oorspromg een kort werkje voor klarinet en piano. Invloeden van de oost-europese volksmuziek zijn duidelijk hoorbaar. Márk Rózsavölgyi (1787-1848, geboortenaam Mark Rosenthal) was een Hongaarse componist en violist. Hij wordt wel 'de vader van de Czardas' genoemd. Rózsavölgyi was de zoon van een arme handelaar van oost-europees-joodse afkomst. In 1812 werd hij benoemd tot dirigent van het orkest van het Duits Theater in Pest. In de jaren 1840 vormde hij zijn eigen orkest en in mei 1846 trad hij met dit orkest op voor Franz Liszt. Deze gebruikte enkele van Rózsavölgyi's melodieën in zijn eigen Hongaarse Rhapsodieën (nrs. 8 en 12). Rózsavölgyi stierf in relatieve armoede in Pest en werd daar begraven op de joodse begraafplaats.

Niv. orkest B

Dvorak schreef dit werk met de traditionele liturgische tekst in 1877, voor een lage stem met orgelbegeleiding, tijdens een verblijf bij zijn vriend Alois Gobl in kasteel Sychrov. Hij droeg de compositie op aan zijn vrouw Anna, die het werk op 26 juli in de kapel van het kasteel ten gehore gaf, begeleid door Dvorak op het orgel. Dit arrangement van Matteo Firmi is uitermate geschikt voor kleinere bezettingen.

Niv. A/B

Jared Spears werd geboren op 15 augustus 1936 in Chicago, USA. Hij studeerde aan de Northern Illinois University en behaalde zijn Bachelor of Science in Education, Business Technology (BSE). Verder studeerde hij slagwerk en compositie aan de Cosmopolitan School of Music in Chicago, waar hij zijn Bachelor of Music en zijn Master of Music behaalde. Hij promoveerde vervolgens tot Ph.D. (Philosophiæ Doctor) in compositie aan de Northwestern University in Chicago. Spears geniet inmiddels van zijn pensioen. Hij componeerde ruim driehonderd werken voor harmonieorkest, koor, orkest en ensembles. Als dirigent was hij een veelgevraagd gast in de Verenigde Staten, Canada en Europa bij festivals, jeugdcamps en clinics. Hij ontving talrijke prijzen en onderscheidingen zoals de Faricy Award voor creatieve muziek van de Northwestern University School of Music, de Award of Merit van het bestuur van de afdeling Arkansas van de National Federation of Music Clubs en ook van de American Society of Composers, Authors and Publishers (ASCAP). Ritual and Celebration werd oorspronkelijk gecomponeerd voor baritonsaxofoon en piano.

Niv. orkest D

Oskar Böhme werd geboren in Potschappel, een klein stadje in de buurt van Dresden. Hij studeerde trompet en compositie aan het Conservatorium van Leipzig. Van 1894-1896 hij speelde in het orkest van de Opera van Boedapest. In 1897 verhuisde hij naar Sint-Petersburg en werd hij cornettist bij het Mariinsky theater. Van 1921-1930 was hij als leraar verbonden aan de muziekschool op Vasilievsky eiland in Sint-Petersburg. Tot 1934 maakte hij deel uit van het opera-orkest van het inmiddels tot Leningrad omgedoopte Sint-Petersburg. In 1934 werd onder Joseph Stalin een comité opgericht om toezicht houden op de Kunsten in Sovjet-Rusland. Vanwege zijn Duitse afkomst werd Böhme verbannen naar Orenburg. Hij zou daar in 1938 gestorven zijn, hoewel er ook berichten zijn dat hij in 1941 gesignaleerd is bij werkzaamheden aan het kanaal van Turkmenistan. Böhme liet tenminste 46 composities na, waarin de trompet en koperblazers een hoofdrol spelen. Zijn virtuoze trompetconcert (opus 18) is daarvan het meest bekend. Hij schreef in de romantische stijl en zijn werken komen de laatste tijd steeds meer in de belangstelling te staan. Het concert werd in 2013 uitgevoerd door de uitmuntende trompettist Thomas Geerts, begeleid door het A-orkest van Christelijke Harmonievereniging Crescendo Sassenheim o.l.v. Dirk van der Niet. Dankzij wat aanpassingen was het aangeschafte arrangement welliswaar bruikbaar, maar niet optimaal. Vandaar dat Dirk besloot om het zelf geheel opnieuw te arrangeren met dit geheel op het eigentijdse harmonie-orkest toegesneden resultaat.

Niv. orkest D

Het Concertino voor klarinet en orkest in E majeur werd geschreven in 1811. De klarinet was op dat moment nog steeds een zeer nieuw instrument. Von Weber componeerde het concertino voor de fabuleuze klarinettist Heinrich Bärmann. Hij benutte het brede tonale en dynamische bereik van de klarinet ten volle. Zoals de meeste concerten bestaat het concertino uit drie delen: Adagio ma non troppo, Andante en Allegro. De koning van Beieren, die aanwezig bij de première was, was zeer enthousiast. Hij gaf Von Weber de opdracht twee grotere klarinetconcerten te schrijven. Deze werken behoren, samen met het Concertino, nog steeds tot de meest geliefde werken voor klarinet en orkest. Het arrangement van Dirk van der Niet is toegesneden op het hedendaagse harmonie-orkest en biedt door het gebruik van ad lib. passages enige flexibiliteit in de begeleiding.

Niv. orkest D

Reine de Musette is een bijzonder populair werk van de Franse componist Jean Peyronnin. Op youtube is dan ook een overvloed van opnames te vinden. Vreemd genoeg is het niet eenvoudig om over de compositie en de in 1948 overleden componist verdere informatie te vinden. Op een internetforum is bericht te lezen van François Ravez : Hi, I just would like to remind that 'Reine de Musette' was in fact composed by Gusti Malha. It was sold for 40 francs to Jean Peyronnin who needed a few tunes to be recorded as a composer in the french society of authors and compositors of music (SACEM: Société des Auteurs et Compositeurs de Musique). You can't perceive royalties if you are not a member of this society............

Niv. C/D

Tomaso Giovanni Albinoni (1671 – 1751) was een Venetiaans barokcomponist en violist. Zijn ouders waren welgesteld en in tegenstelling tot veel van zijn tijdgenoten kon hij zich geheel aan de muziek wijden, zonder bijvoorbeeld voor een kerk te werken. Opmerkelijk genoeg is zijn naam vooral voort blijven leven vanwege het Adagio in g mineur voor orgel en strijkers, terwijl later vast is komen te staan dat dit in 1958 door Remo Giazotto gepubliceerde werk door Giazotto zelf geschreven was. Het Adagio kan zowel met orgel als zonder orgel uitgevoerd worden. De in de partijen opgenomen 'kleine noten' moeten gespeeld worden wanneer het zonder orgel wordt uitgevoerd. Bij een uitvoering met orgel kunnen de 'kleine noten' naar believen weggelaten of gespeeld worden. In de orgelpartij staat in 'kleine noten' de pizzicato kwarten van de contrabas genoteerd. Bij het ontbreken van een contrabas kan het orgel zo in deze 'lopende bas' voorzien.

Niv. C/D

Dit Adagio is het tweede deel uit het overbekende klarinet concert KV 622. De solist wordt begeleid door de houtgroep, hoorns en bassen van het harmonie-orkest.

Niv. C 

Louis Balleron (1869 - 1916) was onder meer als fluitist verbonden aan de 'Opera Comique' in Parijs. Hij schreef voor zijn eigen instrument en de piccolo meerdere solo werken, waaronder deze L'Oiseau Tapageur 'Rondo Polka voor piccolo en piano', dat door Geert Flik voor begeleiding door harmonie orkest werd omgezet. Het werk beschrijft een drukke, luidruchtige vogel. Het stuk is een uitdaging voor de virtuoze piccolo bespeler of bespeelster.

Niv. C/D (solist E)

Het koperkwartet in deze Canzone van de Italiaanse componist Girolamo Frescobaldi (1583-1643) bestaat uit twee trompetten (1e en 2e stem), hoorn of trombone (3e stem) en bastrombone (evt. bastuba). Een ruimtelijke opstelling van het kwartet t.o.v. het orkest zorgt voor een bijzonder effect en sfeer. Uitstekend geschikt voor een concert in de kerk of een plechtige viering (4 mei herdenking).

Niv. C

Le Merle Blanc werd in 1890 door Eugène Damaré gecomponeerd voor piccolo en piano. Waar de merel zijn schitterende zangtechniek achteloos over ons heen strooit, moet de piccolosolist een flinke inspanning leveren! Charmante salonmuziek uit de tijd van de Franse romantiek.

Niv. C/D
Niv. Solist E  

De vocale muziek van Franz Schubert leent zich uitstekend voor bewerkingen voor blaasinstrumenten, omdat  deze instrumenten zo dicht bij de menselijke stem staan. Deze ‘Serenade’ is hiervan een goed voorbeeld; de  euphonium als ‘zanginstrument’ bij uitstek kan hierin prachtig soleren.

Niv. C 

Deze muziek is afkomstig uit de opera Solomon en is alom bekend. Ze wordt in de opera gespeeld bij de  befaamde intocht van de Koningin van Sheba en werd oorspronkelijk geschreven voor strijkensemble,  twee hobo's en pianoforte. Ook in dit arrangement spelen de twee hobo’s een hoofdrol.

Niv. C/D 

Carl Maria von Weber (1786-1826) heeft met zijn composities voor de klarinet een wezenlijke bijdrage aan de ontwikkeling van het instrument geleverd. Hij schreef 3 concerten en nog enkele kamermuziekwerken voor het instrument. Het langzame deel uit het 1e Klarinet Concert (Adagio) is van een zeldzame schoonheid. De begeleiding wordt verzorgd door harmonie orkest zonder trompetten en trombones.

Niv. C 

Wie kent hem niet, de alom bekende xylofoon solo Souvenir de Cirque Renz? Nu, in een nieuw jasje gestoken, is dit werk zowel geschikt om met een xylofoonsolist als met een accordeonsolist uit te voeren.

Niv. C
Niv. solist D

Dit lied “van alle tijden” is ongetwijfeld één van de meest gezongen liederen ter wereld.  Het was recentelijk nog te beluisteren in de onvolprezen Spaanse film Hable con Ella in  een huiveringwekkend mooie uitvoering door Caetano Veloso.  De ad lib. accordeon partij maakt dit arrangement helemaal tot een feest!

Niv. B/C

De bewerking van Willy Hautvast voor vier solo klarinetten en harmonieorkest van dit over de hele wereld  bekende werkje, klinkt zeer jazzy. Ook kunt u de orkestpartijen voor de klarinetten geheel laten vervallen  en de gehele klarinetsectie 4-stemmig in een solistische rol laten schitteren.

Niv. C

De broers Karl en (Albert) Franz Doppler stamden uit een bekende Oostenrijkse familie van musici. (Albert) Franz werd in 1821 in Lemberg geboren en stierf in 1883 in Baden bij Wenen.  Karl werd in 1825 in Lemberg geboren en stierf in 1900 in Stuttgart. In hun tijd waren zij beiden gevierde  fluitisten en geziene componisten, die enkele werken samen schreven w.o. deze Rigoletto Fantaisie.

Niv. C
Niv. solisten E 

Dit werk van de Franse componist Guilmant behoort tot het standaard repertoire van trombonisten.

Niv. C/D
Niv. Solist D 

In de tijd van Mozart was het orkest van Mannheim befaamd vanwege de uitmuntende blazers (iets wat in die tijd niet  vanzelfsprekend was!). Toen deze blazers in Parijs optraden, componeerde Mozart speciaal voor hen zijn  Symfonie Concertante, KV 279b. Dit Adagio Concertante is het tweede deel uit deze symfonie. Het blaaskwartet bestaat uit: hobo/klarinet/fagot/hoorn. Om de oorspronkelijke zetting zo dicht mogelijk te benaderen, zijn in deze bewerking geen trompetten en trombones opgenomen.

Niv. D 

Oorspronkelijk voor hobo en piano. De twee met elkaar contrasterende delen, Romanze en Humoresque, belichten de hobo op voortreffelijke wijze. De ragfijne orkestbegeleiding geeft de solist alle ruimte  tot expressief spel. (geluidsfragmenten: CD Prelude (MS-04) / St. Caecilia Blerick o.l.v. Andreas van Zoelen)

Niv. D  

Dit orgelconcert (oorspronkelijk voor orgel en strijkers) van Georg Friedrich Händel (1685-1759), leent zich voor alle kerkelijke feesten,  zeer zeker ook voor de kerstviering.

Niv. C/D
Solist D/E

Aan de hand van een fragmentarische partituur voor Jazz Band van de hand van Gerry Mulligan vervaardigde Gerard den Dekker dit bijzondere arrangement voor bariton-saxofoon en harmonie-orkest.

Niv. D
Niv. solist: E 

Eén van de beroemdste tango's aller tijden. (geluidsfragmenten: CD Van Bach tot Bilbao (MS-records-02) / Waterlands Blazers Ensemble o.l.v. Luc Mager en Theo Jansen, deze versie zonder accordeon)

Niv. C  

Showmuziek met een trompetkwartet in een solistische glansrol.
Waterlands Blazers Ensemble o.l.v. Luc Mager en Theo Jansen

Niv. C/D